De Ledige uren: Filosofische wandeling met de monnik Kenkô

Ver­taald uit het Frans

Ju­weel van de klui­ze­naars­li­te­ra­tuur, De Le­dige uren (Tsurezure-gusa)1Ver­wor­pen vor­men:
Ca­hier des heures oi­si­ves (Schrift van de le­dige uren).
Va­ri­é­tés sur des mo­ments d’en­nui (Va­ri­a­ties over mo­men­ten van ver­ve­ling).
Va­ri­é­tés sur des mo­ments de désœu­vre­ment (Va­ri­a­ties over mo­men­ten van le­dig­heid).
Réflexi­ons li­bres (Vrije over­pein­zin­gen).
Écrit dans des mo­ments d’en­nui (Ge­schre­ven in mo­men­ten van ver­ve­ling).
Pro­pos des mo­ments per­dus (Uit­spra­ken van ver­lo­ren mo­men­ten).
Les Her­bes de l’en­nui (De krui­den van de ver­ve­ling).
Les Di­vers Mo­ments de loi­sirs (De di­verse mo­men­ten van vrije tijd).
Tsourézouré Gouça.
Tsure-dzure-gusa.
Tsouré-dzouré-gousa.
zijn een tijd­loze uit­no­di­ging om de vluch­tige schoon­heid van de we­reld te vat­ten voor­dat « de dauw op de vlak­ten van Adashi » op­droogt en « de rook van de berg To­ribe » ver­vliegt (hfdst. VII)2Ge­le­gen ten noord­wes­ten van Ky­o­to, dien­den de vlak­ten van Adashi vroe­ger als uit­ge­strekte be­graaf­plaats waar men de li­cha­men aan de ele­men­ten over­liet. De berg To­ri­be, ge­le­gen in het zuid­oos­ten, was op zijn beurt de plaats van de cre­ma­ties.. De au­teur, Urabe Kenkô of de mon­nik Kenkô (1283-1350)3Ver­wor­pen vor­men:
Urabe Ka­ne­yo­s­hi.
Yo­s­hida Ka­ne­yo­s­hi.
Yo­s­hida Ken­kô.
Yo­s­hida Kenn­kô.
abt Ken­ko.
bonze Ken­kô.
de eer­waarde Ken­kō.
Kenkō de hōs­hi.
Kennkô hôs­hi.
Kenkō-bōshi.
Kenkô bô­ci.
, was noch een strenge as­ceet, noch zelfs een vrome in de enge zin des woords. Als of­fi­cier van de gar­de, be­last met het be­ge­lei­den van kei­zer Go-U­da, koos hij er pas voor om in de re­li­gie te tre­den na de dood van zijn be­scherm­heer, en deed dit om zijn tijd­ge­no­ten van op af­stand te ob­ser­ve­ren. In een tijd waarin de « krijgs­lie­den van Kantô », mi­li­tai­ren zon­der cul­tuur, het hof kwel­den met een « le­vens­wijze ver van alle men­se­lijk­heid, dich­ter bij die van de bees­ten » (hfdst. LXXX), wist Kenkô het we­zen­lijke te be­wa­ren: de oude smaak.

« Kenkô […] is een ver­late clas­si­cus. […] zijn es­says lij­ken op het be­leefde ge­sprek van een man van de we­reld, en heb­ben die schijn van een­voud en die ge­mak­ke­lijk­heid van uit­druk­king die in wer­ke­lijk­heid het ken­merk zijn van een vol­maakte kunst.

Men kan, om de stu­die van de oude Ja­panse li­te­ra­tuur te be­gin­nen, geen be­tere keuze ma­ken dan die van de Le­dige uren. »

As­ton, Wil­liam Ge­or­ge. Lit­té­ra­ture ja­po­n­aise (Ja­panse li­te­ra­tuur), vert. uit het En­gels door Henry Du­rand-Da­vray. Pa­rijs: A. Co­lin, reeks « His­toi­res des lit­té­ra­tu­res », 1902. (Bi­bli­o­thèque na­ti­o­nale de France (Bn­F)).

Bij het be­stu­de­ren van dit werk rijk aan ver­trou­we­lijk­he­den, on­der­scheidt men bij Kenkô twee con­tras­te­rende per­soon­lijk­he­den: de aris­to­craat en de mon­nik. Hij prijst wel­is­waar de boed­dhis­ti­sche ont­hech­ting, maar be­kent dat « de man die geen smaak zou heb­ben voor het lief­des­le­ven » zou lij­ken op een « kris­tal­len be­ker waar­aan de bo­dem ont­breekt » (hfdst. II­I). Hij be­kri­ti­seert de ge­hecht­heid aan ma­te­ri­ële goe­de­ren, maar er­vaart « al­tijd een har­ten­klop » (hfdst. VI­II) bij de her­in­ne­ring aan de de­cors van het pa­leis, de ac­ces­soi­res van de kos­tuums of de pracht van de ce­re­mo­nies. Hij he­kelt de grove dron­ken­schap, maar geeft toe dat een glas sake ge­deeld tus­sen « in­tieme vrien­den rond het vuur » (hfdst. CLXXV), op een sneeuw­rijke nacht, een van de char­mes van het be­staan is. Deze twee kan­ten van zijn ka­rak­ter com­bi­ne­ren om « een type oude vrij­ge­zel te vor­men [dat wer­ke­lijk] sym­pa­thiek is, en dat nog sym­pa­thie­ker wordt wan­neer men op zijn ge­mak de ge­dach­ten en raad­ge­vin­gen over­denkt, van zo’n in­tieme wijs­heid, die het groot­ste deel van zijn ge­schrift vul­len », legt Mi­chel Re­von uit. Ik be­schouw hem als de groot­ste mo­ra­list, de meest har­mo­ni­euze en zui­verste geest van Ja­pan.

De Essentie van de zuihitsu: De gril van het penseel volgen

« Zuihitsu, “met de stroom van het pen­seel mee” […]. De bonze Kenkô heeft het mooi­ste boek van dit genre ge­schre­ven. Hij is mijn mees­ter. Ik ben naar Ky­oto ge­gaan om te we­nen op de plek waar hij had ge­leefd. Een bonze heeft mij er­heen ge­leid. […] “Abt Ken­kô”, zei hij mij […], “dat zijn [de bloe­men] die daar staan!” De Ja­pan­ners zijn als de sei­zoe­nen; al­les keert te­rug […] met hen. Wij, wij zijn als de ge­schie­de­nis; al­les sterft met ons. »

Quig­nard, Pas­cal. Pe­tits Trai­tés (Kleine ver­han­de­lin­gen). Pa­rijs: Maeght, 1990; her­uitg. Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Fo­lio », 1997.

De Le­dige uren be­ho­ren tot dit zo bij­zon­dere li­te­raire gen­re, de zuihitsu (« met de draad van het pen­seel »)4Ver­wor­pen vor­men:
« Im­pres­si­o­nis­ti­sche li­te­ra­tuur ».
« Het pen­seel vol­gend ».
« De gril van het pen­seel vol­gend ».
« Ge­schrif­ten met de draad van het pen­seel ».
« Men­ge­lin­gen ».
« Es­says ».
« Es­say met de draad van het pen­seel ».
« Es­say met de draad van de pen ».
« Aan­te­ke­nin­gen ge­maakt met de stroom van de pen ».
« Met de stroom van het pen­seel ».
« Zijn pen­seel de vrije loop la­tend ».
« Naar goed­dun­ken van het pen­seel ».
Zouï-hitsou.
, waarin de Ja­pan­ners ook de Essays van Mon­taigne plaat­sen. En deze toe­na­de­ring tus­sen Kenkô en onze Franse edel­man, hoe con­ven­ti­o­neel ook, is niet min­der juist. Men vindt bij de een en de an­der deze ze­kere en ver­fijnde smaak, deze me­lan­cho­lie die nooit wan­hoop is, dit ge­heel hu­ma­nis­ti­sche en­thou­si­asme niet zo­zeer voor de Oud­heid als wel voor de an­tieke deugd, deze wil, ten­slot­te, om zichzelf te schil­de­ren door an­de­ren te schil­de­ren. Geen re­gel­ma­tig plan, geen sys­teem om de geest op te slui­ten; niets dan de gril van het pen­seel, waar­uit een « wir­war van over­pein­zin­gen, anek­do­tes en maxi­men ont­staat, pê­le-mêle op pa­pier ge­wor­pen, ge­du­rende [meer­de­re] ja­ren, rond 1335 », een tuin van im­pres­sies waar het wilde gras naast de zeld­zame bloem groeit. De be­roemde in­ci­pit zet de toon van deze in­tel­lec­tu­ele wan­de­ling:

« Naar ge­lang van mijn le­dige uren (Tsure­zure naru mama ni), van ’s och­tends tot ’s avonds, voor mijn schrijf­ta­fel, no­teer ik zon­der be­paald doel de beu­ze­la­rijen waar­van de vluch­tige weer­schijn door mijn geest trekt. Vreemde af­dwa­lin­gen! »

Ura­be, Ken­kô. Les Heures oi­si­ves (De Le­dige uren) (Tsurezure-gusa), vert. uit het Ja­pans door Char­les Gros­bois en To­miko Yo­s­hi­da. Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Con­nais­sance de l’O­rient. Sé­rie ja­po­n­aise », 1987; ge­deel­te­lijke her­uitg. on­der de ti­tel Ca­hiers de l’er­mi­tage (Schrif­ten van de kluis) (voorw. Zéno Bia­nu), Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Fo­lio Sa­ges­ses », 2022.

De Poëtica van het onvoltooide

In het hart van De Le­dige uren klopt het schrij­nende ge­voel van het efe­me­re. Voor de mo­derne mens is het ver­strij­ken van de tijd mee­stal een bron van angst; voor Kenkô is het de voor­waarde zelf van de schoon­heid. « Het is zijn ver­gan­ke­lijk­heid die de waarde van deze we­reld uit­maakt » (hfdst. VI­I), schrijft hij. Als ons be­staan eeu­wig zou moe­ten zijn, zou de po­ë­zie van de we­reld on­mid­del­lijk ver­vlie­gen. Uit deze fi­lo­so­fie van de pre­ca­ri­teit vloeit een ge­heel Ja­panse es­the­tiek voort, die van het on­vol­tooi­de, die bo­ven de vol­heid van de maan de ge­slui­erde glans van een af­ne­mend he­mel­li­chaam ver­kiest; en bo­ven de ont­lo­ken bloem de bloem­blaad­jes die de wind haas­tig mee­voert, on­danks ons:

« Wat het voor­werp ook is, zijn per­fec­tie is een ge­brek. Laat de din­gen on­vol­tooid, zo­als ze zijn, zon­der te fijn­poet­sen: ik zal er be­lang in vin­den en me op mijn ge­mak voe­len. Men heeft mij ge­zegd: wan­neer men een kei­zer­lijke wo­ning bouwt, is het de ge­woonte om een plek on­vol­tooid te la­ten. »

Ura­be, Ken­kô. Les Heures oi­si­ves (De Le­dige uren) (Tsurezure-gusa), vert. uit het Ja­pans door Char­les Gros­bois en To­miko Yo­s­hi­da. Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Con­nais­sance de l’O­rient. Sé­rie ja­po­n­aise », 1987; ge­deel­te­lijke her­uitg. on­der de ti­tel Ca­hiers de l’er­mi­tage (Schrif­ten van de kluis) (voorw. Zéno Bia­nu), Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Fo­lio Sa­ges­ses », 2022.

Door ons te le­ren dat « het be­treu­ren van het val­len der bloem­blaad­jes en het ta­nen van de maan » (hfdst. CXXX­VII) ont­roer­ren­der is dan de lof­zang op hun volle bloei, geeft Kenkô ons niet al­leen een les in po­ë­ti­ca; hij biedt ons, be­ter nog, een troost.


Om verder te gaan

Rond De Ledige uren

Citaten

« 世の人の心まどはすこと色欲にはしかず。人の心はおろかなるものかな。にほひなどはかりのものなるに、しばらく衣裳にたきものすと知りながら、えならぬにほひには心ときめきするものなり。久米の仙人の、物洗ふ女のはぎの白きを見て通を失ひけむは、まことに手あしはだへなどのきよらに肥えあぶらつきたらむは、外の色ならねばさもあらむかし。 »

徒然草 (國文大觀) op Wikisource 日本語, [on­li­ne], ge­raad­pleegd op 4 de­cem­ber 2025.

« Niets er­gers om het hart der men­sen te doen dwa­len dan de zin­ne­lijke be­geer­ten. Men­se­lijk hart: wat een dwaze zaak!

Kijk! Een par­fum, het is iets ver­gan­ke­lijks, maar hoe­wel wij we­ten dat de geur van wie­rook op een kos­tuum slechts een mo­ment duurt, heb­ben wij al­tijd een har­ten­klop bij het rui­ken van een heer­lijke geur. Wat men ver­telt over de klui­ze­naar van Kume5De klui­ze­naar van Kume (Kume no sen­nin) had door zijn zui­ver­heid de gave ver­wor­ven om op de wol­ken te rij­den. Maar op een dag, zwe­vend bo­ven de ri­vier Yo­s­hi­no, werd hij zo van zijn stuk ge­bracht door de be­nen van een be­val­lige en kort­ge­rokte was­vrouw, dat deze pro­fane ge­dachte die hij zich per­mit­teerde hem plot­se­ling uit de hoog­ten deed val­len. die zijn ma­gi­sche kracht ver­loor bij het zien van de wit­heid der be­nen van een was­vrouw lijkt mij vol­ko­men nor­maal, want een huid, ar­men en be­nen met volle vor­men zijn wel zeer krach­tige wer­ke­lijk­he­den. »

Ura­be, Ken­kô. Les Heures oi­si­ves (De Le­dige uren) (Tsurezure-gusa), vert. uit het Ja­pans door Char­les Gros­bois en To­miko Yo­s­hi­da. Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Con­nais­sance de l’O­rient. Sé­rie ja­po­n­aise », 1987; ge­deel­te­lijke her­uitg. on­der de ti­tel Ca­hiers de l’er­mi­tage (Schrif­ten van de kluis) (voorw. Zéno Bia­nu), Pa­rijs: Gal­li­mard, reeks « Fo­lio Sa­ges­ses », 2022.

« Niets doet het hart van de men­sen van deze we­reld zo­zeer dwa­len als de vle­se­lijke harts­tocht. Het hart van de mens is er be­la­che­lijk door. Hoe­wel men weet dat het par­fum slechts iets ge­leends is, een wie­rook waar­mee men de kle­ding voor zeer korte tijd heeft door­drenkt, klopt het hart toch snel­ler wan­neer men de heer­lijke geur ruikt. De klui­ze­naar van Kou­mé, toen hij het witte been zag van een vrouw die de was deed, ver­loor er zijn bo­ven­na­tuur­lijke kracht door; en dat is te be­grij­pen, want het ele­gante en mol­lige ui­ter­lijk van de ar­men, be­nen en huid is geen vreemde hoe­da­nig­heid. »

Re­von, Mi­chel. An­tho­lo­gie de la lit­té­ra­ture ja­po­n­aise : des ori­gi­nes au 20e si­è­cle (Bloem­le­zing uit de Ja­panse li­te­ra­tuur: van de oor­sprong tot de 20e eeuw). Pa­rijs: De­la­gra­ve, reeks « Pal­las », 1910.

« Niets doet ons zo­zeer dwa­len als de sek­su­ele harts­tocht. De mens is er be­la­che­lijk in; maar onze har­ten klop­pen snel­ler wan­neer de zoete geur van par­fum ons be­reikt. Een klui­ze­naar ge­naamd Koumé ver­loor zijn bo­ven­na­tuur­lijke we­ten­schap bij het zien van de witte be­nen van een vrouw die aan het was­sen was. Men kan zich voor­stel­len dat zelfs een klui­ze­naar ver­leid kan wor­den door de mooie en mol­lige be­nen van een vrouw. »

Is­hi­ka­wa, Takés­hi. Étude sur la lit­té­ra­ture im­pres­si­on­niste au Ja­pon (Stu­die over de im­pres­si­o­nis­ti­sche li­te­ra­tuur in Ja­pan). Proef­schrift voor het doc­to­raat van de Uni­ver­si­teit van Pa­rijs. Pa­rijs: A. Pe­do­ne, 1909.

Downloads

Gedrukte werken

Bibliografie

Avatar photo
Yoto Yotov

Sinds 2010 wijd ik mijn tijd aan het bevorderen van de dialoog tussen eeuwen en naties, ervan overtuigd dat de menselijke geest overal thuis is. Als u deze visie van een universele cultuur deelt, en als mijn Notes du mont Royal u ooit hebben verlicht of geraakt, overweeg dan een donatie te doen op Liberapay.

Articles : 183